Nr. 5 | Een zachte landing willen we allemaal
Ooievaars en nieuwkomers gelijk
Ons dakterras aan de Paseo biedt, naast wat zich op straat afspeelt beneden ons, een goed zicht op de eeuwig blauwe lucht en de activiteiten in een ooievaarsnest. Op de kerktoren. Niet dat het bijzonder is dat hier ooievaren zijn. Extremadura is er van vergeven. Ze overwinteren hier en zorgen voor nageslacht.
Het is verbazingwekkend dat zo’n ooievaarsgezin dat meestal twee kleintjes telt, het redt op een nest dat niet groter is dan één meter in diameter? Zolang er niet al te veel wordt bewogen is het kennelijk prima te doen, maar de jongen moeten eten dus wordt er uitgevlogen. En ingevlogen. Met een spanwijdte van twee meter brengt dat nogal wat luchtverplaatsing met zich mee. Je zou verwachten dat de thuisblijvers en het nest wegwaaien. Maar nee, ze blijven uit de wind en op het nest en het nest op zijn plek.
De ooievaars verstaan de kunst van het opstijgen en vliegen uitstekend. De landing echter slaagt niet altijd in een keer. Ze vliegen met snavel, hals, lichaam en poten horizontaal gestrekt aan op het nest. Dan zetten ze de landing in. Ze buigen snavel, hals en lichaam tot een omgekeerde V en hun poten hangen er verticaal onder, als een landingsgestel.
Plotseling zie ik de vader of de moeder aankomen. De glijvlucht richting nest begint. Ik heb natuurlijk allerlei belangrijke dingen te doen, maar verroer me niet. Ineens is daar die knik. De vleugels hol uitgespreid, laat ie zich de laatste meters op de thermiek in de richting van het nest drijven. Daar ontstaat een hoop tumult. Of vanwege het eten dat er aankomt of als waarschuwing. De ooievaar maakt, zonder zichtbare aarzeling, een doorstart. Slaat met de vleugels om weer hoogte te winnen, maakt een rondje en zet opnieuw de landing in. Met succes dit keer.
Ik kijk op mijn horloge en schrik. Ik heb een afspraak over een kwartier. Met het administratiekantoor in het dorp. Ik ga voorzichtig vanaf het dakterras het listige trappetje af naar ons appartement, drink een glas water, trek een zomerjurk aan, kam mijn haren en klaar. Dan loop ik de trappen af naar de straat, ga rechtsaf en drie panden verder, dus ook aan de Paseo de San Francisco zit op de eerste etage boven de slager het administratiekantoor. Ik was gebeld omdat er papieren getekend moeten worden. Voor de oprichting van de makelaardij in BV-vorm. Dat leek ons wel handig want een bedrijf kan zomaar heel hard groeien. De mannen zijn optimist.
De website is klaar en nog niet in de lucht. Er staan zelfs al properties op, met foto’s, beschrijvingen en plattegronden en zoals niet te doen gebruikelijk bij ons in de buurt, met vermelding van de vraagprijzen. Coen heeft hard gewerkt. En Paco ook. Hij heeft die oude boertjes er van kunnen overtuigen dat ze bij ons in goede handen zijn en geen verplichtingen hebben dus worden er geen overeenkomsten getekend.
Ik kom als administradora op de payroll van de zaak want dat moet volgens de wet. Paco wilde niet, druk als hij is met het knippen van de mannen. En Coen ook niet, die doet de website en gaat de potentiële kopers rondrijden.
Wanneer ik op een late avond met Coen en Paco op een terrasje zit, vertel ik dat ik blij ben dat het zo goed is geregeld.
“Ja”, zegt Paco, “dat is heel fijn dat jij de hele administratie gaat doen en al het papierwerk. Je Spaans is al zo goed, dat kun je helemaal zelf.”
“Oh”, zeg ik verbaasd. “Is dat zo? Ik dacht dat ik alleen ondersteuning ging bieden en vertalen voor de buitenlanders en dat ik samen met jou de notariszaken en van die dingen ging doen.”
“Nee, natuurlijk niet. Jij bent daar heel goed in. Dat weet ik zeker. Let maar op als je je eerste verkoop erop hebt zitten, dan wil je niet anders meer.”
Coen en Paco heffen het glas met grote grijnzen en wachten op mijn glas. We toasten op ons driemanschap en zoals altijd zonder te weten wat ons te wachten te staat.
Mijn Spaans is nog eenvoudig. Ik heb een stelregel voor alle talen die ik heb geleerd en aan het leren ben: zolang ik de nieuwslezer van de publieke omroep niet kan volgen, is mijn kennis van die taal niet toereikend. Ik kan ook nog steeds niet alle Extremeños verstaan met hun zware accent, zoals ik in Nederland een echte Drentenaar ook niet meteen versta. De Nederlandse juridische taal is al lastig - hoewel ik daar veel ervaring mee heb - de Spaanse zal niet minder ingewikkeld zijn.
Ik neem nog een slok van mijn biertje en prijs mezelf gelukkig dat ik me zelden echt zorgen maak over dingen die er niet zijn. Dat heb ik allang afgeleerd want meestal gebeuren ze niet en als dat wel zo mocht zijn dan kan ik me altijd nog druk maken.
Nog geen drie weken later, de website is up and running in drie talen, Spaans, Engels en Nederlands, zitten we te eten in hotel-restaurant El Clavo als Paco verschijnt. Hij schuift aan en schenkt een wijntje in. Hij heeft een brede lach op zijn gezicht en twinkelende ogen. Dat beloofd wat, denk ik bij mezelf.
“Ik heb een pand. Dat kunnen we huren vanaf 1 september met een tweejaarcontract. Op een prachtige plek.”
Hij kijkt ons vol verwachting aan.
“Een pand?” vragen Coen en ik als uit een mond. Wij die geen verplichtingen meer willen. Een pand?
“Ja voor de makelaardij. In de Calle Ramón y Cajal. Toplocatie. Iedereen loopt daar langs op weg naar de markt. En als je serieus genomen wilt worden hier, moet je echt een kantoor hebben.”
“En wie gaat dat kantoor dan bemannen? Jij zit in je barbiersshop, Coen is altijd en route met klanten en ik …”
“Ja, jij”, zegt Paco. “Dat is fantastisch als jij dat doet want jij bent tenslotte de administradora en die zit normaal gesproken op het kantoor.”
Ik zie de logica niet helemaal en toch gaan we het zo doen. Voorwaarde van huisjesmelker Juan is dat de helft van de huur zwart wordt betaald. When in Rome do as the Romans do.
Coen en ik richten het pand in. Hoewel we zelf leven met de spullen uit de aanhangwagen en onze inboedel nog steeds in de opslag staat in Nederland, kopen we bureaus, stoelen en een espressomachine. Essentie volgens Coen die met zijn creatieve talent een mooie etalage maakt, logo en uithangbord met goed leesbaar de naam van ons bedrijf: Extremadura Properties. Een eenvoudige voor de hand liggende naam die de lading dekt. Dat is communicatie op zijn Rotterdams. Keep it stupid simple. We krijgen een vaste lijn voor de telefoon plus internet en daarmee is het kantoor een feit.
Na niet al te lange tijd is het een komen en gaan van mensen. We houden de Spaanse werkuren aan. In de ochtend van tien tot twee en in de middag van vijf tot acht. Ik vind dat wel genoeg. Niet alle bezoekers zijn potentiële kopers. Het zijn andere middenstanders en nieuwsgierige buitenlanders die hier wonen en net over de grens in Portugal. Op maandag marktdag is onze zaak een café gelijk.
Paco heeft gelijk. Een kantoor heeft voordelen. We leren veel mensen kennen, ook degene die we eigenlijk niet willen kennen en in de aanloop naar echte verkopen kunnen we oefenen deel te zijn van deze gemeenschap.
Verbazingwekkend genoeg is er veel belangstelling via de site van Spaanse klanten die een tweede huis willen. Van allerlei soorten Engelsen die ik soms met moeite versta vanwege hun cockney of noordelijke accent en van Duitsers natuurlijk.
Wij, rookies in de Extremadura en in het makelaarsvak dat in Spanje een vrij beroep is, hadden niet kunnen vermoeden dat er zoveel interesse zou zijn.
Terwijl ik verdiept ben in een Spaans juridisch stuk komt er een setje binnen. Ik kijk op en groet. Zij groeten terug in het Duits. Zij is een lange knappe vrouw met zwart haar en pony en perfect opgemaakt. Ze draagt een pak van Armani en chique schoenen. Hij, een lange knappe man met Djengis Kahn trekken, draagt ook een Armani pak en glanzende zwarte leren schoenen. Dat zie je hier nou nooit. Het beeld klopt niet.
Ik roep Coen die achter in zijn kantoor zit. We nemen plaats aan de grote tafel. Koffie en water schenk ik in en ondertussen vertellen Irmgard en Goran over hun droom. Ze zoeken een groot stuk land met een huis. Irmgard heeft een moodboard meegenomen van hoe het huis eruit moet zien. We kijken met veel belangstelling naar een zalmroze villa zoals je ze tegenkomt in Zuid-Spanje en in delen van de Algarve. Met zuilen en tierlantijnen. Het terrein, leggen ze uit, mag heuvelachtig zijn want dan kan Irmgard zelf ritjes maken met haar koetsje. Dat is de grote droom. Paarden. Veel paarden “und dann kann ich Kutsche fahren”.
Coen en ik staan nog aan het begin van onze makelaarscarrière en weten nu al dat niets normaal zal gaan. Alle trajecten met potentiële klanten blijken enorm lang te zijn. Niet een maand, nee, soms gaat er een jaar overheen. Het zijn vaak dromers die geen idee hebben wat ze willen. Dat is prima. Het wordt pas lastig wanneer ze alles onder controle willen hebben. Iedere onzekerheid moet worden ingedekt.
Coen vertelt in zijn mooie Duits dat aan alle eisen voldaan kan worden, behalve het bouwen van zo’n huis zoals het moodboard laat zien. Hier mag alleen gebouwd worden in de traditie van de streek, volgens een vaststaand ontwerp waar enige variatie op mogelijk is. De infrastructuur is ook niet zoals elders. Er is vaak geen elektra of water. Maar met geduld en vooral creativiteit is er een oplossing voor alles. Elektra kan vaak worden doorgetrokken en naar water kan worden geboord wanneer er toestemming is van de gemeente. We zitten midden in een beschermd natuurgebied, dus iedere actie is een avontuur en dat is voorzichtig uitgedrukt.
Coen laat allerlei geschikte terreinen zien. Dagen lang rijdt hij met Irmgard en Goran rond. Een property bekijken betekent kilometers rijden en kilometers lopen. Coen vindt het belangrijk dat de mensen ook ervaren wat ze kopen. Dus is er altijd een stevige wandeling langs de grensmuurtjes van opgestapelde ruwe stenen. Coen op zijn gympen, zij op hun stadsschoenen. Bij hun tweede bezoek aan de streek, een half jaar later, vinden ze hun droomterrein, heuvelachtig met eeuwenoude olijfbomen en kurkeiken. De prijs is vriendelijk omdat er ooit een brand is geweest die de prachtige olijfbomen heeft aangetast. Goran besluit het zijn levenswerk te maken die bomen te redden. Ze weten meteen op welke plek het huis moet komen te staan en de Bierstube die ze mee gaan nemen uit Duitsland. De papierwinkel begint. Nog een reden waarom trajecten nogal wat tijd in beslag nemen is omdat kadaster en register in Extremadura niet met elkaar samenwerken.
Een voorlopig koopcontract maak ik op, er wordt aanbetaald en Irmgard en Goran vertrekken weer naar Duitsland. Een half jaar later komen ze zoals altijd met de auto, omdat zij niet wil vliegen, terug om de koop te sluiten.
Zij gaat daarna terug naar Duitsland om te werken in haar homeopathiepraktijk, hij ruilt zijn Armanipak voor campo kleren. Er komen twee caravans op het terrein te staan en ze denken dat over een jaartje het huis er wel zal staan. Goran die van oorsprong Hongaars is (vandaar zijn mooie gelaat) zie ik veranderen. Hij ondergaat een ware metamorfose. Iedere keer als we een kijkje gaan nemen bij hem is er weer een nieuw paard, soms lopen er wel tien rond, is zijn Spaans beter en staat er nog geen fundament voor een huis. Hij praat eindeloos met bouwers, metselaars en aannemers en natuurlijk met de gemeente voor een vergunning. Hij heeft geduld, de regelgeving is streng en de eisen van Irmgard zijn nog niet flexibel.
Naar Duitsland is hij niet meer terug geweest. Naar Hongarije wel. Daar heeft hij nog een dochter heb ik begrepen en een pand waar een bakkerij in zit, om te verkopen. Ook dat traject neemt zijn tijd.
Na zo’n zeven jaar worden gemeente, bouwers, natuurpark en Goran en Irmgard het eens over wat er gebouwd gaat worden, voor welke prijs en door welke aannemer. Coen en ik hebben het allang opgegeven om te bemiddelen omdat Irmgard niets wil weten van veranderingen in haar ontwerp. Goran klaagt niet. Hij traint marshall arts in de buitenlucht, leeft als een kluizenaar en rijdt paard over zijn zeven hectare tellend terrein. Ook graaft hij met de hand (stel je voor) een charca, een reservoir om regenwater op te vangen met een diameter van zeker tien meter. De romanticus bouwt ook een boogbruggetje over het water. Hij is niet te stuiten en ziet er tevreden uit ondanks het hoge tempo waarin hij alles doet. Goran gaat trouwens steeds meer lijken op zijn voorvaderen. We schieten pijl en boog met hem, drinken thee onder de kurkeik omringd door de paarden die nieuwsgierig tussen ons in komen staan.
Een week later loopt de buurman van Goran ons kantoor binnen. Het zweet staat op zijn voorhoofd en hij is onrustig. Hij wil duidelijk wat vertellen. Ik bied hem een stoel aan en een glas water.
“Goran ligt in Cáceres in het ziekenhuis.”
“Hoezo, wat is er gebeurd?”
“Eergisteren, sorry dat ik niet eerder ben gekomen maar ik was de hele tijd daar in het ziekenhuis en kom daar nu vandaan, dus eergisteren liep ik zijn terrein op om wat te vragen en hij was er niet terwijl de auto er wel stond. Dus ik roepen. Geen antwoord. Nog eens roepen. En dat is niets voor Goran. Ik zag de paarden bij elkaar staan in de verte en op dat moment wist ik dat er iets mis was. Ik ben daar naar toe gelopen met de honden van Goran. De paarden stonden om Goran heen die bloedend op de grond lag. Buiten westen. Ik ben me rot geschrokken. Hij ademde nog wel. Meteen de ambulance gebeld en binnen een half uur was hij onderweg naar het ziekenhuis in Cáceres in de helikopter. Ik ben er met de auto achteraan gegaan. En nu pas een dag later is hij buiten levensgevaar. Ze hebben hem geopereerd aan een doorboorde long.”
“Een doorboorde long?”
“Ja, ik heb vanochtend even met hem kunnen praten en hij vertelde dat hij op dat nieuwe paard reed. Niets bijzonders. Totdat het paard schrok van iets en op hol sloeg. En je weet hij rijdt zonder zadel en zonder bit. Goran kreeg hem niet meer in bedwang en knalde tegen een uitstekende tak aan van een hoge kurkeik en die doorboorde zijn long.”
Hij valt even stil, neemt een slok water en zegt: “Ik weet niet eens meer waarom ik naar hem toeging. Het was een ingeving zogenaamd om iets te vragen. Stel nou dat ik dat niet had gedaan, dan was hij morsdood geweest.” De tranen staan in zijn ogen.
We hebben nog een tijd zitten praten, totdat hij wat kalmer werd. Ik heb Irmgard gebeld in Duitsland en nog wat vrienden die hij hier heeft. Irmgard zelf kon niet instant komen en de vrienden hebben goed voor hem gezorgd.
Eenmaal thuis heeft hij zijn lichaam en zijn geest de ruimte gegeven om te herstellen en heeft hij stap voor stap zijn leven weer opgepakt, maar nu wel in het tempo van de Extremadura. Dat is de enige manier wil je overleven in dit klimaat, in deze streek. De eeuwenoude olijfbomen heeft hij weer tot leven gewekt, het huis wordt eindelijk gebouwd, want Irmgard heeft haar droomhuis laten varen en ja zij woont hier nu ook permanent. De koets is er ook. En de houten Bierstube? Die staat er wel heel lelijk te zijn in dit prachtige gebied.
De natuur laat mij trouwens altijd zien hoe wij als mensen zouden moeten leven. En dan doel ik in dit geval op de ooievaars. Als een zachte landing – die wij onszelf allemaal toewensen – niet meteen mogelijk is, neem je de tijd, je vliegt nog een rondje en doe je het nog een keer. Zonder dwang, zonder agenda, met een open geest op de thermiek die voorhanden is.
Het doet me goed te weten dat je tot hier hebt gelezen. Dank je wel!
De verhalen in Van Porsche naar Ploeg gaan over onze emigratie in 2005 naar Spanje en later naar Portugal. De meeste aspecten van zo’n avontuur komen wel aan bod. Niet alleen de fysieke bewegen van het emigreren, ook het onontbeerlijke innerlijke immigreren wat onvermijdelijk is als je zo ver uit je comfortzone gaat.
Alles wat ik schrijf is gratis te lezen. Ik waardeer het al enorm als je je inschrijft en jouw financiële bijdrage per maand of per jaar zou enorm welkom zijn.
Dank je vele malen!
Wat leest dit toch fijn. Een herkenbaar Iberisch decor met dito fauna (ooievaars zijn te gek), en dan de ervaringen beschreven zonder de gebruikelijke Hollandse hoon over andermans regels, wensen, voornemens en eigenaardigheden.
Fantastisch verhaal! 👏🏽👏🏽Alles gaat anders in dit deel van de wereld. Geduld en aanpassingsvermogen zijn een must om zulke trajecten die je hier zo mooi beschrijft, vol te kunnen houden. Ik zie het ook hier op Mallorca. Vooral in rural gebieden, kun je niet zo maar bouwen (en daar ben ik eigenlijk wel blij mee;) Het zijn vaak lange trajecten. De natuur als voorbeeld voor ons mensen heb je zo treffend beschreven. Wii maken er immers zelf deel van uit, ook al is dat moeilijk te zien als je in de ratrace zit en alsmaar druk bent. Die verbondenheid met de natuur zie je pas wanneer je stappen terug doet en er meer kalmte en rust in het leven is (zo heb ik dat ervaren). En: Wat moedig ook om een makelaarskantoor te beginnen in Extremadura. Jullie hebben lef!
Dank weer voor dit heerlijke verhaal. 🤍☀️