Toen ik gisteren las op welk woord de keuze was gevallen in het kader van #WoW, voelde ik de haren in mijn nek in beweging komen. Het verbaasde me, dus herhaalde ik het woord hardop. Meteen gierde een soort van opvlieger door mijn lijf. Ik heb nog niet zo lang geleden geleerd om bij zulk soort gevoelens stil te staan en me af te vragen waar de misselijkheid die ik meteen na de opvlieger voelde, vandaan kwam.
Op donderdag poets ik altijd samen met mijn fantastische Portugese empregada het hele huis. Een beter moment voor contemplatie ken ik niet. De taken zijn verdeeld, zeker nadat zij in oktober vorig jaar uit een boom viel, van een ladder waarbij een knie bijna het loodje legde. De chirurg in het provinciale ziekenhuis van Portalegre heeft zijn best gedaan. We hielden allemaal onze harten vast want de ziekenzorg daar wil je niet zijn. In geen enkel land. Ik zal jullie de details besparen. Wonder boven wonder herstelde de knie en na vijf maanden loopt ze zonder krukken en is weer voorzichtig aan de slag gegaan. Dus zij doet het werk waarbij ze niet door de knieën hoeft. Dat mag ik nu doen en ik beschouw het maar als yogatraining want je weet het:
if you don’t use it, you lose it.
Zo heb ik twee vliegen in een klap en misschien wel drie, want ik hoor de roddels uit het dorp en we lachen heel wat af. Aan het einde van de ochtend danken we elkaar. Zonder feedback. Gewoon. Want niet alles heeft woorden nodig.
Tijdens het poetsen herinnerde ik me dit:
Ik heb vroeger een tijd in het bedrijfsleven gewerkt waarvan een periode voor een netwerkorganisatie. Heel hip in die jaren. Zo’n organisatie waar uitsluitend wordt vergaderd en geen enkel briljant idee van de grond komt. Er waren verkoop- en communicatietrainingen. Ook ik gaf training, in zelfonderzoek met als leidraad The Work of Byron Katie. Een nogal directe manier van onderzoek doen. Dat feedback gedoe na de sessies voelde voor mij altijd als gekunsteld. Vooral de positivo’s die zonder uitzondering zeiden dat de trainer en de stof fantastisch waren en dan volgde er een maar. De uitdrukking everything before the but is bullshit paste goed in dit kader.
Tijdens het poetsen vanmorgen realiseerde ik me dat ik alles aan dat netwerkgedoe aan het begin van de zzp-win-win-samen-sterktijd, bullshit vond en nog steeds vind. Het meest onoprechte dat ik in mijn werkzame leven heb meegemaakt. En vooral geld- en tijdverspilling. Iedereen in zijn looking good en wie die mensen nu echt waren? Ze wisten het zelf ook niet. Ik ben er in ieder geval nooit achter gekomen.
Hier in mijn geweldige dorp, krijg ik wekelijks feedback na mijn yogalessen. Vooral van de deelnemers aan de les die ik op vrijdag geef. Het is een samengestelde groep van niet erg mobiele ouderen en een aantal mensen met enorme dubbele uitdagingen (wat we vroeger dubbel gehandicapten noemden). Die wonen in het dorp in een tehuis. Hun begeleider komt altijd mee.
Hun feedback komt zonder te vragen ongepolijst recht uit het hart.
Geen last van looking good.
Kijk, daar heb ik wat aan!
#WoW staat voor Word on Wednesday (of Word of Week). Iedere woensdag kiezen Karin Winters en Irene Bertholee om beurten een woord waarover je iets kunt schrijven, vloggen of ploggen.
Vergeet niet je in te schrijven. HET IS GRATIS en je mag natuurlijk betalen.
Zo blijf je altijd op de hoogte van nieuwe artikelen, blogs, overpeinzingen, gebeurtenissen en van mijn leven in Portugal in het algemeen.
En je mag dat wat ik schrijf altijd delen met anderen van wie je denkt dat ze het op prijs stellen om te lezen.
Nu dit wordt een bijzonder prettige terugkoppeling en zonder maar(rrrrr...). Ik houd van je schrijfstijl. Blog on.